Zoeken... Een moment geduld a.u.b.

search
favorite_outline favorite

Rentenierswoning in Overgangsstijl met aangebouwd achterhuis in Bellingwolde

Hoofdweg 3
9695 AA, Bellingwolde (Gemeente Bellingwedde)
Groningen
Bouwjaar: 1914
Architect: C.J. Brill Brill 1914 C.J. Brill
Publicatie: 20011105
Rijksmonument ID: 520930
Type: Woonhuis

Omschrijving van Rentenierswoning in Overgangsstijl met aangebouwd achterhuis

Inleiding

RENTENIERSWONING met aangebouwd ACHTERHUIS gebouwd in 1914 naar een ontwerp van architect C. Brill uit Winschoten in Overgangsarchitectuur met Chaletstijl-elementen. De opdrachtgever was de heer S. Letema te Bellingwolde. De woning heeft in de loop der jaren een aantal kleine wijzigingen ondergaan, waarbij in het aangebouwde achterhuis een venster vervangen is door een deur, en een deur door een venster.

Het pand heeft een diepe achtertuin waarin een schuurtje, dat wegens verbouw buiten de bescherming van rijkswege valt. De ondiepe voortuin wordt van de openbare weg gescheiden door een sober ijzeren HEK bestaande uit regels met korte en lange stijlen met punt. De woning ligt aan de als beschermd gezicht voorgedragen Hoofdweg van Bellingwolde.

Omschrijving

Deels één en deels twee bouwlagen hoge RENTENIERSWONING opgetrokken in een rode baksteen op een trasraam van gesinterde klinkers afgedekt met een schuin gemetselde geglazuurde profielsteen. Het samengestelde dak, gedekt met een zwart geglazuurde platte Friese pan, heeft een gemetselde schoorsteen op de nok en een goot op klossen. Het fries en de beide topgevels zijn in vakwerkmotief, bestaande uit gepleisterde vakken binnen lijsten van baksteen. De gevels worden verlevendigd door gevelbanden van portlandcement ter hoogte van de bovendorpels van de vensters. De vensters zijn overwegend staand met bovenlichten van geel bewerkt glas met roedenverdeling, onder een latei met tandlijst van portlandcement. De vensters hebben onderdorpels van geglazuurde profielsteen en accenten van portlandcement ter hoogte van de middendorpels.

Het twee bouwlagen hoge gedeelte heeft aan de voorzijde (zuidoost) een erkerachtige uitbouw onder een met leien bekleed lessenaarsdakje met goot op klossen en houten beschot met sjabloonschilderingen. In de uitbouw twee H-vensters met zesruits bovenlicht van geel bewerkt glas en twee met vierruits bovenlicht van geel bewerkt glas, alle onder een latei met tandlijst. Op de verdieping een vensterpartij bestaande uit een H-venster met achtruits bovenlicht tussen twee smalle, kortere vensters met vierruits bovenlicht, samengevat onder lateien met gesinterde rollaag boven de twee kortere vensters; in de bovenlichten geel bewerkt glas. In de topgevel met strakke windveren twee staande zesruits vensters met geel bewerkt glas.

In de zijgevel (zuidwest) zowel op de begane grond als op de verdieping een vensterpartij, bestaande uit een H-venster met achtruits bovenlicht tussen twee smalle, kortere vensters met vierruits bovenlicht, samengevat onder lateien met gesinterde rollaag; in de bovenlichten geel bewerkt glas. In het risalerende deel met topgevel twee H-vensters met achtruits bovenlicht van geel bewerkt glas, onder een latei met gesinterde rollaag; twee keldervensters met diefijzer onder een rollaag. Erboven een vensterpartij bestaande uit een H-venster met achtruits bovenlicht tussen twee smalle, kortere vensters met vierruits bovenlicht, samengevat onder natuurstenen lateien met boven de twee kortere een gesinterde rollaag. In de topgevel twee vensters met roedenverdeling.

In de achtergevel (noordwest) op de verdieping openslaande deuren met twee getoogde deurlichten en twee kleine vierruits deurlichten met bewerkt glas, onder een latei, en twee kleine staande vensters onder een strek. In de noordoostgevel, op de verdieping, openslaande deuren met twee getoogde deurlichten en twee kleine vierruits deurlichten met bewerkt glas, onder een latei met rollaag. De deuren verlenen toegang tot het platte dak van de serre.

Aan de noordoostgevel een één bouwlaag hoog gedeelte onder een afgeknot dak. Aan de zuidoostzijde van dit deel een serre met gemetselde onderbouw op een trasraam van gesinterde klinkers, afgedekt met schuin gemetselde geglazuurde profielsteen. De serre heeft zes ramen met zesruits bovenlichten van geel bewerkt glas binnen houten kozijnen, en een houten beschot met rand van sjabloonschilderingen. Op de serre een plat dak afgezet met een sober houten hek. Aan de noordoostzijde van het één bouwlaag hoge deel, twee H-vensters met achtruits bovenlicht en latei met rollaag, en de hoofdentree. De hoofdentree bestaat uit een decoratief gelakte paneeldeur met drielicht deurlicht van geslepen glas en een kijkgat van geslepen glas onder een strek met aanzetstenen van portlandcement; een houten luifel met moerbalken met dierenkop, hangend aan twee gedraaide ijzeren trekstangen; boven de luifel twee vierruits bovenlichten met latei en gesinterde rollaag. Voor de entree een gemetselde stoep met hardstenen treden (drie) en een ijzeren hekje met geometrische motieven tussen de regels en stijlen. In de noordwestgevel een dubbel tweeruits venster onder een strek.

Aan de achtergevel (noordwest) een aangebouwd ACHTERHUIS met plat dak, opgetrokken in rode baksteen op een gesinterd trasraam. In de noordoostgevel een venster (oorspronkelijk een paneeldeur) met een achtruits bovenlicht en strek. In de noordwestgevel een deur (oorspronkelijk een H-venster) met zesruits bovenlicht en strek, en drie kleine staande vensters onder een strek. In de zuidwestgevel een venster met zesruits bovenlicht en strek, en een keldervenster met diefijzer en rollaag. In alle bovenlichten geel bewerkt glas.

In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in het voorportaal het plafond met lijst van papier-maché; de dubbele tochtdeuren binnen een architraaf met kroonlijst en sjabloonschilderingen. In de hal de houten bordestrap met buitenleuning bestaande uit sobere stijlen en regels, een handlijst en decoratief bewerkte houten trappalen; de houten paneeldeuren met deurlichten met roedenverdeling en geel bewerkt glas, binnen architraven met kroonlijst en sjabloonschilderingen; het plafond met lijst en rozet van papier-maché. In de kamer het linnen plafond met rozet met zonnebloemen en decoratief lijstwerk van papier-maché; de houten vensterbanken en raamomlijstingen. In de serre het plafond met rozetten van papier-maché. In de keuken het plafond van kraalschroten. In de kelder de tegelvloer en de houten kast.

Waardering

Rentenierswoning met aangebouwd achterhuis en hek van algemeen belang vanwege cultuur- en architectuurhistorische waarde

- als voorbeeld van een rentenierswoning uit 1914

- vanwege de opvallende detaillering

- vanwege de vrij hoge mate van gaafheid van het exterieur en grote delen van het interieur

- vanwege de markante ligging aan de als beschermd gezicht voorgedragen Hoofdweg door Bellingwolde

Tags: gebouwen, woonhuizen,woonhuis,woonhuis,woningen en woningbcomplx

Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - Licentie CC-0 (1.0)

directions_car Route naar Rentenierswoning in Overgangsstijl met …
location_on Monumenten Kaart rond Bellingwolde

Recensies (0)

Geen recensies gevonden. Voeg als eerste toe!