Omschrijving van Sint-Caeciliakerk: Pastorie

Omschrijving

PASTORIE aan de noordzijde verbonden met de zuidzijde van de kerk door middel van een tussenlid. Het tussenlid bestaat uit één bouwlaag afgesloten door een plat dak met een hoge, vierkante, bakstenen schoorsteenschacht. In de oostgevel bevinden zich vier regelmatig verdeelde stolpramen met glas-in-loodramen in het achtruits bovenlicht met uiterst links een terug liggende houten paneeldeur in een rechthoekig portiek. Aan de bovenzijde van het portiek en de vensters bevindt zich een horizontale band bestaande uit verticaal siermetselwerk, anderhalve strek hoog. De westgevel van het tussenlid kent een onregelmatige indeling.

De pastorie met vierkante plattegrond bestaat uit twee bouwlagen en een zolder afgesloten door een tentdak gedekt met leien in maasdekking met op de nok een bakstenen schoorsteenschacht. In drie van de vier schilden bevindt zich een dakkapel met plat dak. De gevels met trasraam en een strekse rollaag, zijn opgetrokken in geelbruine baksteen in kruisverband. De gevels hebben een a-symmetrische indeling met in de zuidgevel een serre en in de oostgevel een driezijdige erker, een portiek met entree met rechts van de entree een gevelsteen met daarop de tekst P.L.P./J.TH.M. Geubbels/Pastor'. De muuropeningen worden afgesloten door een rollaag van anderhalve strek hoog. Op de eerste verdieping is deze rollaag verlengd tot een horizontale band lopend over de alle gevels. Hierboven bevindt zich een brede bakgoot ondersteund door houten klossen. De vensters op de begane grond bestaan uit een enkelruits- of stolpraam met een glas-in-loodraam in de acht- of zesruits bovenlichten. Op de eerste verdieping bevinden zich zesruits stolpramen met een horizontale roedenverdeling.

Het ontwerp van de pastorie is ruim van opzet naar een traditioneel ontwerp met invloeden van de Amsterdamse school. Invloeden van Amsterdamse school zijn te herkennen in de banden van schoon verticaal siermetselwerk en in de gesloten bakstenen borstwering van de driezijdige erker.

De a-symmetrische VOORGEVEL is drie vensterassen breed. Op de begane grond in de linkeras bevindt zich de driezijdige erker zonder trasraam met hoeklisenen en een rollaag ter afsluiting van de verhoogde borstwering, die dienst doet als balustrade van het balkon op de eerste verdieping. Op de eerste verdieping bevindt zich een dubbele glazen deur. In de erker bevindt zich een enkelruits raam met achtruits bovenlicht, aan weerszijden geflankeerd door een enkelruits raam met zesruits bovenlicht. Op de begane grond in de middenas bevindt zich een rechthoekig portiek met terug liggende paneeldeur met op de eerste verdieping een stolpraam. Op de begane grond in de rechteras bevindt zich een stolpraam met achtruits bovenlicht met op de eerste verdieping een stolpraam. Centraal in het dakschild bevindt zich een dakkapel met twee gekoppelde vierruits stolpramen.

Links onder in de a-symmetrische LINKERZIJGEVEL bevindt zich een stolpraam met achtruits bovenlicht. Middenboven bevindt zich respectievelijk een stolpraam en een dubbele glazen deur boven de serre. De serre bestaat uit een bakstenen onderbouw waarboven enkelruits ramen met glas-in-lood zes- en achtruits bovenlichten met centraal een dubbele glazen deur met vierruits bovenlicht. De serre wordt afgesloten door een plat dak met dakoverstek op eenvoudige houten klossen.

De ACHTERGEVEL is evenals de voorgevel drie vensterassen breed. Linksboven in de linkeras bevindt zich respectievelijk een stolpraam en een klein enkelruits raam. Rechtsonder in deze as bevindt zich een stolpraam met zesruits bovenlicht. In de middenas bevindt zich op de begane grond een stolpraam met zesruits bovenlicht met op de eerste verdieping een stolpraam. Op de begane grond in de rechteras bevindt zich een dubbele glazen deur aan weerszijden geflankeerd door een enkelruits raam met vierruits bovenlicht. Op de eerste verdieping bevindt zich een gesamensteld venster met centraal een zesruits stolpraam aan weerszijden geflankeerd door een drieruits draairaam. In het dakschild bevindt zich een dakkapel identiek aan die aan de voorzijde. Bijna centraal tegen de RECHTERZIJGEVEL bevindt zich het tussenlid. Grenzend aan het platte dak van het tussenlid bevinden zich drie hoge smalle vensters voor de lichtinval in het trappenhuis. In de vensters bevinden zich glas-in-loodramen waarop geloof, hoop en liefde zijn uitgebeeld. In dezelfde verticale as bevindt zich de dakkapel in het dakschild met drie gekoppelde vierruits ramen. Links van het tussenlid bevindt zich in een vensteras een stolpraam met zesruits bovenlicht op de begane grond en een stolpraam op de eerste verdieping.

De ontwerpen voor de glas-in-loodramen van de firma Intercodam uit Amsterdam in het INTERIEUR van de pastorie zijn beinvloed door de Amsterdamse school, expressionisme met een traditionele, figuratieve weergave van geloof, hoop en liefde. Deze invloeden zijn ook zichtbaar in het houtsnijwerk van onder andere de houten trappaal met balustrade. Via een tochtportaal met glas-in-loodraam komt men in de gang. De lambrizering in de gang is volledig betegeld met zwarte en blauwe vierkante geglazuurde tegels, die overgaat in een rode tegelvloer. In de voorkamer bevindt zich een ruitvormig stucplafond.

Waardering

PASTORIE gebouwd als onderdeel van een complex in 1931-32 naar ontwerp van C. HARDEMAN.

- Van architectuurhistorische waarde als gaaf voorbeeld van een pastorie met traditionele plattegrond naar ontwerp van de architect Hardeman. De architectuur van de pastorie vertoont invloeden van de Amsterdamse School in in- en exterieur.

- Van stedenbouwkundige waarde gelegen in de bebouwde kom van Rietmolen op de plek van de voormalige waterstaatskerk uit 1835 van architect Dibbets.

- Van cultuurhistorische waarde vanwege de symboliek die terugkomt in de architectuur, maar des te meer in de glas-in-loodramen en de tegeltableau's afkomstig van de firma intercodam uit Amsterdam.

Tags: kerkelijke gebouwen,pastorie(f),kerkelijke dienstwoning,...

Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - Licentie CC-0 (1.0)