Zoeken... Een moment geduld a.u.b.

search
favorite_outline favorite

Kasteel Duivenvoorde: Park met wandelpaden in Voorschoten

Veurseweg 290
2252 AJ, Voorschoten (Gemeente Voorschoten)
Zuid Holland
Bouwjaar: ca. 1840 1840 ca. 1840
Publicatie: 19891208
Rijksmonument ID: 46978
Bekijk wikipedia

Omschrijving van Kasteel Duivenvoorde: Park met wandelpaden

PARKAANLEG. Park van forse afmetingen, waarvan het karakter wordt bepaald door de in de jaren rond 1840 tot stand gekomen aanleg in rijpe, grootschalige landschapsstijl, in het bijzonder gekenmerkt door de uit lange, strakke curven gevormde omtrek van de bospartijen.

Het park bestaat uit een van wandelpaden voorzien "binnen- of wandelpark", in oppervlakte ongeveer overeenkomend met het oorspronkelijke, in zijn uiteindelijke vorm uit omstreeks 1717 daterende park in formele stijl, en een "buitenpark", eerst omstreeks 1840 tot stand gebracht door de aankleding van zuiver agrarische terreinen met parkelementen in landschapsstijl. Vermoedelijk eerst omstreeks 1879 is de kwekerij langs de oprijlaan in haar huidige vorm gebracht. Na de Tweede Wereldoorlog tenslotte is op het terrein van de voormalige moestuin een nieuwe tuin in formele trant aangelegd.

De compositie van het park wordt bepaald door twee uit open ruimten gevormde hoofdassen: In het binnenpark is dit de door een waterpartij geaccentueerde diagonaal, waarvan het hoofdgebouw het draaipunt vormt; van de voorgevel van dit laatste gaat frontaal de as uit die de eveneens door een waterpartij begeleide hoofdruimte van het buitenpark draagt.

Het park bevat de volgende elementen van historische aanleg:

In het buitenpark:I. ----- De open ruimten, aangelegd als weiland, gevormd en geleed door middel van de onder III. en IX. te noemen bospartijen en gestoffeerd met de onder VII. te vermelden boomgroepen, zoals op de aanleg- en structuurkaart is aangegeven. Zij zijn gelegen tussen het binnenpark en de spoorlijn Den Haag-Leiden enerzijds en de Veurseweg anderzijds. De weilanden worden doorsneden door om waterhuishoudkundige redenen aangelegde kavelsloten.

II. ---- De oprijlaan, in een lichte curve lopend van de Veurseweg via het in 1941 hierheen verplaatste inrijhek van de naburige voormalige buitenplaats Rozenburg tot de brug over de binnenste ringsloot van het binnenpark. De laan is aangelegd met een beplanting van zomereiken (Quercus robur); ter hoogte van het in 1879 gebouwde Jagershuis echter is de laan, vermoedelijk op een later tijdstip, beplant met gewone platanen (Platanus acerifolia) (N.B. Medio 1982 was deze beplanting met platanen slechts aan de buitenzijde van de laan aanwezig).

III. --- Bospartijen in het oostelijk deel van het buitenpark, op de aanleg- en structuurkaart aangeduid met de letters A, B, C en D, dienende ter omlijsting van de centrale open ruimte en van doorkijken vanaf de oprijlaan in zuidelijke en noordelijke richting en aangelegd in de vorm als aangegeven op genoemde kaart, met een beplanting van zomereiken (Quercus robur) met onderbegroeiing: de partijen B en D zijn ten dele met beuken (Fagus sylvatica) beplant. De bospartijen zijn grotendeels door sloten omgeven; D gaat over in het randbos van het binnenpark.

IV. ---- De zuidelijke toegangsweg, bij de aanleg van het buitenpark gevormd uit het westelijke deel van de zuidelijke oprijlaan, de onder V. te noemen laan en een nieuwe verbindingsweg van die laan naar de Veurseweg, een en ander als aangegeven op de aanleg- en structuurkaart.

V. ----- Een bij de aanleg van de onder IV. genoemde toegangsweg in zijn oude vorm gelaten deel van een reeds in 1680 bestaande, van de toenmalige zuidelijke oprijlaan aftakkende, recht op de boerderij Veurseweg 350 toelopende laan.

VI. Een waterpartij, bij de aanleg van het buitenpark gevormd uit de toen vergraven 18e-eeuwse vijver in de oostelijke as van het kasteel en de eveneens vergraven, reeds in de 17e eeuw bestaande vaart naar de Veurseweg. De vijver gaat over in de onder XII. te noemen binnenste ringsloot van het binnenpark.

VII. --- Een eiland in de onder VI. genoemde vijver, aangelegd met een gemengde bomenbeplanting, waaronder als speciale accenten een bruine beuk (Fagus sylvatica "Atropunicea") en een gewone es (Fraxinus excelsior).

VIII. -- In de centrale open ruimte van het oostelijke deel van het buitenpark een stoffering in de vorm van twee boomgroepen zonder onderbegroeiing, als aangegeven op de aanleg- en structuurkaart, beide in aanleg bestaande uit zomereiken (Quercus robur), en tegen de oostelijke punt van de onder IX. te noemen kwekerij een beplanting bestaande uit twee tamme kastanjes (Castanea sativa).

IX. ---- Een kwekerij, ook wel genaamd "de Leidse tuin", gelegen langs de noordelijke oever van de onder VI. genoemde vijver en vermoedelijk voortgekomen uit een tegen 1717 op die plaats aangelegde boomgaard. De huidige vorm en ommuring dateren vermoedelijk uit omstreeks 1879.

X. ----- Drie bospartijen in het westelijk deel van het buitenpark, waarvan een grotendeels omgeven door een sloot zoals aangegeven op de aanleg- en structuurkaart. Zij zijn aangelegd met een beplanting van zomereiken (Quercus robur) met onderbegroeiing.

XI. ---- Het binnen de grenzen van het te beschermen gebied gelegen deel van de Dobbewatering. Deze is ter gelegenheid van de aanleg van de spoorlijn (tegen 1843) met gebruikmaking van reeds bestaande waterlopen, zoals de Molensloot, verlegd, waarbij de nieuw gegraven gedeelten een golvend tracé verkregen in de trant van de landschapsstijl. In het noorden vormt de Dobbewatering de grens van het in die jaren daar ter plaatse uitgebreide binnenpark.

In het binnenpark:XII. --- De waterlopen, die als overblijfsels van het grachten- en slotenstelsel rondom het vroegere park in formele trant thans als ringsloten de grens markeren tussen het binnen- en het buitenpark en tevens tussen bos en weiland. In de oostelijke hoek zijn het drie parallel naast elkaar liggende waterlopen.

XIII. -- De waterpartij, die tussen de westelijke en zuidelijke der onder XII. genoemde ringsloten als een slingerende 'beek' de onder XVII. te vermelden ruimte begeleidt, vervolgens in een slingerend beloop de zuidelijke ringsloot in zich opneemt maar spoedig weer daarvan aftakt om de onder XVI. te noemen diagonale open ruimte te begeleiden, waarbij zij zich, rondom het hoofdgebouw en nogmaals meer naar het noorden, tot vijvers verbreedt, waarna zij tegenover de Dobbewatering weer in de ringsloot uitmondt.

XIV. --- Een in de noordelijke der onder XIII. vermelde vijvers gelegen eiland, aangelegd met een bomenbeplanting.

XV. --- Twee uit de 18e-eeuwse formele aanleg overgebleven lanen in de oostelijke hoek van het binnenpark:a. De zuidelijke arm van de laan die tussen de buitenste der onder XII. genoemde ringsloten was gelegen, welke laan tussen 1960 en 1970 is verlengd tot de Horstlaan. Deze laan is aangelegd met een enkelvoudige bomenbeplanting (N.B. Medio 1982 was beplanting langs het gedeelte tussen de ringsloot en de Horstlaan niet aanwezig).

b. De noordelijke helft van de Dwarslaan waarop in de formele aanleg de beide oprijlanen uitkwamen. Van deze laan is het vanouds bredere zuidelijke, uit de 17e eeuw daterende gedeelte (tussen het bouwhuis en de ingang van de onder XXIII. te noemen voormalig moestuin) voorzien van een dubbele laanbeplanting, bestaande uit beuken (Fagus sylvatica) wat betreft de binnenrijen en uit zomereiken (Quercus robur) wat betreft de buitenrijen (N.B. Medio 1982 was genoemde beplanting slechts ten dele aanwezig). Het uit de 18e eeuw daterende smallere gedeelte van de laan, dat langs genoemde moestuin ligt, is aangelegd met een enkelvoudige beplanting van beuken (Fagus sylvatica) (N.B. Medio 1982 was deze beplanting niet aanwezig).

XVI. --- De diagonaal gerichte, van als doorkijken fungerende uitlopers in diverse richtingen voorziene, centrale open ruimte, gevormd en geleed door middel van de onder XVIII. en XIX. te noemen bossen en bospartijen, aangelegd als grasveld en gestoffeerd met boomgroepen en solitairen als vermeld onder XX. en XXI. (N.B. Medio 1982 was de door bomen "versluierde" doorkijk uit het hoofdgebouw in zuidelijke richting dichtgegroeid en waren de ruimten rondom de onder XIX. te noemen bospartijen F en G dichtgeplant).

XVII. -- De open ruimte van slingerend beloop, die dient als 'dal' voor het beekvormige deel van de onder XIII. genoemde waterpartij en die wordt gevormd door middel van de westelijke der onder XVIII. te vermelden bossen.

XVIII. - De bossen, onder meer dienende ter vormgeving van de onder XVI. genoemde open ruimte en tot stand gebracht met gebruikmaking van delen van de uit de formele aanleg afkomstige beplanting van beuken (Fagus sylvatica) op het vroegere voorplein.

XIX. --- Bospartijen, op de aanleg- en structuurkaart aangegeven met E, F en G, dienende ter geleding van de onder XVI. genoemde open ruimte. Zij zijn aangelegd met een beplanting van zomereiken (Quercus robur) met onderbegroeiing (N.B. Medio 1982 waren de ruimten om- en tussen F en G dichtgeplant).

XX. ---- Twee boomgroepen zonder onderbegroeiing in de onder XVI. genoemde open ruimte, op de aanleg- en structuurkaart aangegeven met de letters H en I, dienende ter stoffering van deze ruimte. Hiervan bestaat de groep H in aanleg uit zomereiken (Quercus robur) en groep I uit beuken (Fagus sylvatica).

XXI. --- Ter omlijsting van een zitje aan de oever van de zuidelijke ringsloot zijn in aanleg vier Hollandse linden (Tilia vulgaris) geplant.

XXII. -- Solitair of in bosranden zijn in het binnenpark voorts als blikvanger of kleuraccent in de historische aanleg bomen geplant van de volgende soorten, zoals op de aanleg- en structuurkaart aangegeven: beuk (Fagus sylvatica), bruine beuk (Fagus sylvatica "Atropunicea"), acacia (Robinia pseudoacacia), gewone es (Fraxinus excelsior), paardekastanje (Aesculus hippocastanum), gewone plataan (Platanus acerifolia), taxus (Taxus baccata en Taxus baccata c.v. "Adpressea") en zomereik (Quercus robur).

XXIII. - De ten dele door een omheining en ten dele door een muur omgeven, via twee hekken toegankelijke open ruimte, in de 18e eeuw in de oostelijke hoek van het park als moestuin aangelegd op het terrein van een tevoren hier aanwezige boerderij.

XXIV. -- De op de aanleg- en structuurkaart aangegeven wegen en paden, tesamen onder meer de "kleine" en de "grote rondwandeling" vormend, waarvan de eerste over twee uit de tijd van de aanleg stammende, als blikpunt en blikvanger belangrijke bruggen leidt (de brug en de vlotbrug over de vijver). Van de grote wandeling, die in het zuiden de onder XIII. genoemde waterpartij oversteekt, leidt in het noorden om deze waterpartij heen (N.B. Dit laatste traject was medio 1982 niet meer in gebruik en nauwelijks meer in het terrein herkenbaar). De toegangsweg via de brug over de Dobbewatering uit de richting Wassenaar is ten dele aangelegd met een laanbeplanting van zomereiken (Quercus robur).

Tags: losse objecten, ed.,historische aanleg,tuin, park en plantsoen,...

Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - Licentie CC-0 (1.0)

directions_car Route naar Kasteel Duivenvoorde: Park met wandelpa…
location_on Monumenten Kaart rond Voorschoten

Recensies (0)

Geen recensies gevonden. Voeg als eerste toe!