Zoeken... Een moment geduld a.u.b.

search
favorite_outline favorite

Teeken en Ambachtschool in Roermond

Godsweerderstraat 2
6041 GH, Roermond (Gemeente Roermond)
Limburg
Bouwjaar: 1905-1908
Architect: J. van Lokhorst Nicolaas van der Schuit L.H. Luijten P.J.H. Cuypers Jos. Cuypers
Publicatie: 19990120
Rijksmonument ID: 506219
Type: Gebouw

Omschrijving van Teeken en Ambachtschool

Inleiding

Op de hoek van Godsweerderstraat en Godsweerdersingel gesitueerde vm. Teeken- en Ambachtsschool naar ontwerp van J. van Lokhorst en Nicolaas van der Schuit (Teekenschool, 1905), en gemeente-architect L.H. Luijten (Ambachtsschool, 1908). De gehele bouwcampagne stond onder ontwerpkunstige schutse van P.J.H. Cuypers terwijl de supervisie bij Jos. Cuypers was ondergebracht. Het schoolgebouw ligt aan de binnenzijde van de singel rond de binnenstad en maakt deel uit van de hoge, gesloten straatwand uit de laatste decennia van de 19de eeuw. In 1995-1996 is de Teekenschool gerestaureerd.

Omschrijving

De plattegrond van de Teekenschool heeft de vorm van een U en levert samen met de Ambachtsschool een bouwblok in de vorm van een vijfhoek met ingesloten binnenhof op. De noordgevel vertoont een stompe hoek en grenst (deels) aan de Begijnhofstraat, de oostgevel ligt aan de Godsweerdersingel, de zuidgevel heeft een stompe hoek en maakt deel uit van de Godsweerderstraat en buigt naar het westen. Alle vleugels van de vijfhoek tellen twee bouwlagen plus zolderverdieping onder afgeknotte zadeldaken en zijn gemetseld in rode baksteen (kruisverband) - voorzien van lagen in gele baksteen op een plint van ruw behouwen kolenzandsteen. Over de gevels verdeeld zijn betegelde ruitvormige tableau's aangebracht met symbolen van de schone en toegepaste kunsten, afgewisseld met verklarende teksten. Op de zuid-oostelijke straathoek is de geprofileerde hoofdingang met links en rechts ajour smeedijzeren lantaarnarmen: de ingangspartij springt iets naar voren en telt boven de ingang met rondboog een wimberg met daarin een hoogreliëf (voorstelling: een zittende vrouw, twee kindertjes onderrichtend) twee bouwlagen met elk een drielichtvenster; de geveltop wordt geleed door een getrapt, klimmend fries terwijl natuursteen, lisenen, rondboog en siermetselwerk (o.a. in ruitpatroon) de ingangspartij verder verlevendigen; bovenop de geveltop een blauw natuurstenen leeuw met het stadswapen, beneden aan de daklijsten een arend (links) en een uil (rechts). Zowel links als rechts grenzen drie traveeën aan de hoofdingang, de middelste travee breder dan de andere, van elkaar gescheiden door pilasters; de twee (brede) middelste traveeën hebben in boven- en onderverdieping een klimmend drielicht van getoogde vensters onder één segmentboog, de smallere traveeën elk een getoogd venster op beide verdiepingen. Boven de middelste travee een dakkapel met aangrenzende, bakstenen balustrade, aan de zijde van de Godsweerderstraat beëindigd met een beeld van een pelikaan, aan de zijde van de singel met een phoenix. Tussen de bouwlagen, links van de ingangspartij en ter breedte van drie traveeën een tegeltableau met de tekst "NUTTIGE EN BEELDENDE KUNSTEN" en in de gevel rechts naast de voordeur van de Teekenschool een steen met inscriptie "Ao O.H.I.C. MCMIV", de voordeur zelf is met fraai uitgesmede gehengen uitgevoerd, het bovenlicht van gekleurd glas-in-lood voorzien. De gevel aan de Godsweerdersingel en de zuidgevel van de Teekenschool tellen acht en resp. zes identieke traveeën, alle gescheiden door pilasters met op de eerste bouwlaag een klimmend drielicht van getoogde vensters onder een segmentboog en op de tweede laag getoogde drielichtvensters onder een band van afwisselend rood en geel metselwerk waarboven een dubbel muizentandfries; om en om zijn de traveeën tussen de bouwlagen voorzien van een ruitvormig tegeltableau met siermetselwerk waarbij de voorstelling correspondeert met het onderwijs, echter aan de zijde van de Godsweerderstraat met het rijkswapen en het opschrift "je maintiendrai" en aan de singelzijde met het wapen van de provincie Limburg. Op de pilasters zijn op twee hoogtes smeedijzeren ankers aangebracht t.w. op beide bouwlagen aan de bovenzijden van de vensters. De kopse zijde van de noordgevel grenst aan de singel, heeft een geveltop met klimmend trapgevelfries en een uitgemetseld rookkanaal op de gevel, dit rookkanaal verjongt zich naar beneden; halverwege 2 x 2 smeedijzeren ankers, zo ook links en rechts in he gevelveld ter hoogte van het rookkanaal. Voorts bevat de kopse kant van de noordgevel twee tegeltableau's: het linker stelt een vrouwenfiguur voor, eronder een tegeltableau met het opschrift BEZIELING, het rechter een mannelijke figuur, in het tegeltableau eronder het woord ARBEID. De zuidgevel bevat onder een korfboog de hoofdingang van de voormalige Ambachtsschool; de poort heeft twee natuurstenen treden en een hoog bovenlicht dat in drieën is verdeeld en glas-in-lood bevat. Hierboven is een mozaïektableau met de tekst "AMBACHTSSCHOOL". Naar boven toe bestaat deze travee uit een topgevel met klimmend drielicht en gevelanker, de top geflankeerd door polygonale bakstenen pinakels voorzien van natuurstenen basis en dito afdekking met klimmend drielicht. Vlakke pilasters scheiden drie gekoppelde traveeën die door een dubbele muizentandlijst worden afgesloten. De linker travee springt lichtjes naar voren. De traveeën hebben elk twee vensterassen met in beide bouwlagen een rechtgesloten venster onder korfboog waarin siermetselwerk. In het midden hebben de traveeën een vierkant tegeltableau, de middelste travee heeft links geen venster(s) maar een poort met bovenlicht, allebei onder een korfboog. Waar de westgevel aansluit op de zuidgevel verrijst uit de dakrand een hoektoren met vier smalle, hoge rechthoekige vensters onder rondbogen terwijl de toren door vier trompen in een uitkragende achthoek eindigt; aan de straatzijde heeft de toren smalle, rechthoekige vensters onder rondbogen met siermetselwerk in de lunetten; onder de daklijst en onder de vensters is siermetselwerk aangebracht; het dak is belegd met leien in Maasdekking. De noord-westelijke gevel is in de eerste drie traveeën identiek aan de zuid-westelijke, met dien verstande dat een twee maal zo brede, a-symmetrisch ingedeelde geknikte travee ter breedte van twee vensters via een schoorsteen met verschillende versnijdingen naar de noordelijke travee leidt. De eerste drie en de vijfde travee vanaf de toren hebben in het midden een tegeltableau. De oostgevel (=singelzijde) eindigt in een smalle travee waarin een glazen toegangsdeur (1996) met bovenlicht, de deur is gevat in oude, sierlijk smeedijzeren gehengen.

De pilasterloze noordgevel heeft aan de linkerzijde over een breedte van vier traveeën op beide bouwlagen vier identieke zesruits vensters onder boogvelden met siermetselwerk waarbij onder de vensters op de verdieping een zogenoemd "onderlicht" is aangebracht. Rechts bestaat de noordgevel uit twee identieke boven elkaar geplaatste 24-ruits vensters, boven elk een strook siermetselwerk in de kleuren rood en geel. Een dubbel muizentandfries sluit de gevel af, het zadeldak is belegd met grijze muldenpannen. Aan de rechterzijde beëindigt een gele bakstenen met blauw-grijze lagen geaccentueerde pilaster uit 1995-1996 de noordgevel. Een brede doorgang tussen de Teekenschool en de Ambachtsschool ontsluit de binnenhof aan de noordzijde. De Ambachtsschool telt aan deze zijde één travee, in geleding en indeling een voortzetting van de noord-westelijke gevel van deze school, zij het dat een schoorsteen beide geveldelen die samen een stompe hoek vormen, verbindt. De binnenhofgevel van de Ambachtsschool vertoont als gevolg van partiële sloop een ongedifferentieerd gevelbeeld met sporen van vroegere lokalenindeling, raampartijen, balklagen en bijbehorende polychromie. Tegen de binnenhofzijde van de noordgevel aanbouwen uit 1995-1996. De binnenhofgevel van de Teekenschool (achterzijde Godsweerderstraat) bestaat van rechts naar links over twee bouwlagen uit vijf identieke venstertraveeën van zesruits vensters onder korfbogen met siermetselwerk, de rij op de begane grond is voorzien van een "onderlicht"; op de begane grond geheel links een smalle venstertravee met dubbel klapraam waarboven een vierruits venster, op de tweede laag een smal hoog vierruits venster, beide onder korfbogen met siermetselwerk. De binnenhofgevel van de Teekenschool (achterzijde Godsweerdersingel) heeft zeven venstertraveeën; de vier linker op beide lagen als die van de binnenhofgevel van de Godsweerderstraat, zo ook de drie rechter op de begane grond met een smal gedeeld venster geheel rechts; op de verdieping drie venstertraveeën van zesruits vensters onder korfbogen met siermetselwerk, twee met een "onderlicht" - het venster uiterst rechts is zesdelig en heeft een boogstelling met o.a. een spitsboog en bijbehorende baksteentracering, het geheel onder korfboog met siermetselwerk. Inwendig ligt het zwaartepunt van de bescherming met name in de behouden hoofdstructuur o.a. bestaand uit gangen (op de begane grond met graatgewelven, op de verdieping overdekt door stucplafonds tussen diafragmaboogjes), uit de voormalige klaslokalen gegroepeerd rond de binnenhof plus overige vertrekken en uit het grote trappenhuis, als ook in de aankleding en uitvoering met bijvoorbeeld vloertegels, lambris, geschilderd metselwerk, polychromie en profilering, glas-in-lood, consoles en (tijdens de restauratie 1995-1996) verhulde ijzeren balken.

Waardering

De voormalige TEEKEN- EN AMBACHTSSCHOOL is zeer representatief voor de nieuwe esthetische opvattingen zoals P.J.H. Cuypers die vanaf 1856-1860 (zijn eerste kerken met schoonwerk-interieurs) ontwikkelde. Het object vertoont eenvoudige doch zorgvuldige materiaalbehandeling waarin invloed van P.J.H. Cuypers doorklinkt. Tevens is van kunst- en architectuurhistorisch belang dat het object, zowel in uitwendige als inwendige staat goeddeels "bevrijd" is van historische verwijzingen. Voor de Ambachtsschool kan worden aangetekend dat de bouwkundige en bouwkunstige samenklank met de Teekenschool als zeer geslaagd kan worden aangemerkt: de verschillende bouwdata (1908 resp. 1905) zijn weliswaar in de gebouwen waarneembaar en ofschoon de Ambachtsschool zowel uit- als inwendig iets minder rijk is uitgevoerd dan de Teekenschool kunnen de bouwfasen c.q. schooltypen worden onderscheiden maar niet gescheiden. Ook als volwaardige historisch-onderwijskundige tegenhanger van het tekenonderwijs verdient de Ambachtsschool te worden gewaardeerd binnen het totale architectonisch concept: de ligging van beide schooltypen om één binnenhof is in dit opzicht architectonisch, functioneel en symbolisch van cultuurhistorische waarde te achten. Het object vertegenwoordigt algemeen belang als architectonische manifestatie van een doelgericht streven naar systematisering en verbetering van het kunst- en ambachtsonderwijs dat de jaren rond 1900 kenmerkte. De inzet van verschillende architecten en bouwkundigen bij de totstandkoming van de Teeken- en Ambachtsschool leidde tot een ingewikkelde en interessante bouwgeschiedenis met belang voor de architectuurhistorie. Van uit wat in oorsprong een rijks bouwopdracht was, ontwikkelde zich tijdens het ontwerpproces een gecompliceerde betrokkenheid van verschillende personen en ontwerpvaardigheden, autoriteiten en verantwoordelijkheden hetgeen niettemin een historisch gebouw met volstrekt eigen signatuur opleverde. Binnen de laat 19de-eeuwse, vroeg 20ste-eeuwse singelbebouwing vormt de voormalige Teeken- en Ambachtsschool een waardevol element en geldt het bouwwerk in zijn volume, geleding en decoratie als structurerend voor de Godsweerdersingel als onderdeel van het beschermd stadsgezicht.

Tags: openbare gebouwen,schoolgebouw,onderwijs en wetenschap,...

Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - Licentie CC-0 (1.0)

directions_car Route naar Teeken en Ambachtschool
location_on Monumenten Kaart rond Roermond

Recensies (0)

Geen recensies gevonden. Voeg als eerste toe!