Tuinaanleg Berbice in Voorschoten
Omschrijving van Tuinaanleg Berbice
AANLEG VAN DE BUITENPLAATS. In de huidige aanleg van Berbice zijn twee fasen te onderscheiden. Het grootste deel van de historische tuin en parkaanleg, dat zich uitstrekt over de kadastrale percelen Voorschoten nrs. A 4914, A 4915, A 4916, A 4822, A 4682 (alleen oranjerie), A 4678, A 4045, A 4917, A 4676, A 5066 (alleen de eiken langs de perceelsgrens van perceel A 4916), A 4374 (alleen de zuidweststrook in verband met de zichtas vanuit het huis in noordwestelijke richting), A 4677 en A 4681 (alleen de strook aan de zuidwestzijde waarop een deel van de deels dichtgegroeide zichtas vanuit het huis in noordwestelijke richting is geprojecteerd) bestaat uit een laat 18e- of vroeg 19e-eeuwse aanleg in landschapsstijl waarin fragmenten van een oudere formele aanleg zijn opgenomen.
Een belangrijk element van deze formele aanleg is de loodrecht vanuit het hart van de achtergevel van het huis in noordelijke richting geprojecteerde zichtas, die tot in 1969 aan de duinen reikte, maar die tegenwoordig bij het geboomte aan de noordwestgrens van het kadastrale perceel Voorschoten nr. A 4681 eindigt: op dit genoemde perceel is de as voor een groot gedeelte dichtgegroeid. De as, die direct achter het huis ongeveer de breedte heeft van de middelste vijf venstertraveeen van de achtergevel van het huis, wordt aan weerszijden door in quinconze- of kruisverband geplante eiken begrensd, waarvan een aantal nog uit de 18e of uit het eind van de 17e eeuw dateren. De in quinconzeverband geplante eiken voorzagen de aanleg van een rijk aantal diagonale zichtassen, die de sterk noordwest-zuidoost gerichte aswerking van de aanleg achter het huis doorbraken. Het effect van deze diagonale zichtassen is tegenwoordig minder groot, omdat het aantal rijen eiken oorspronkelijk groter was en omdat aan het eind van de 18e of begin van de 19e eeuw, aan weerszijden van de eiken, in onregelmatig verband beuken, eiken en kastanjes zijn geplant, om de beslotenheid van de aanleg achter het huis te vergroten. Verder zijn in deze periode mogelijk hier en daar eiken gekapt om de geometrische regelmaat van het plantverband van de eiken te doorbreken; deze regelmaat staat immers lijnrecht tegenover de stilistische beginselen van de landschapsstijl. Een indruk van de oorspronkelijke breedte van de in quinconzeverband geplante rijen eiken geven de eiken langs de sloot op het terrein van de voormalige zilverfabriek van Van Kempen & Begeer, nu Mexx confectiefabriek (kadastrale perceel Voorschoten nr. A 5066) en de eiken ten noordoosten van de in het verlengde van de oprit gelegen zichtas, die in het genoemde plantverband staan opgesteld. Ook ten noordwesten van de vijver in landschapsstijl, die ongeveer halverwege de aanleg achter het huis is gesitueerd, resteren nog enkele eiken van deze oudere aanleg. Een oorspronkelijk formele aanleg van in quinconzeverband geplante bomen is in Nederland zeldzaam. Ook elders in het park heeft men bij de aanleg in landschapsstijl van ouder geboomte gebruik gemaakt, waarvan een aantal oude eiken, linden en wellicht beuken bewaard is gebleven.
Noemenswaardig is een monumentale eik aan de zuidwestelijke grens van de parkaanleg bij het voormalige koetshuis, de koetsierswoning en paardestal. Deze eik vormt in visueel opzicht een markant baken van de grens van de historische parkaanleg met het omliggende terrein.
Van de formele aanleg resteert de zuidwestelijke helft van een uitgegeschoten lindenberceau, die aan de noordwestelijke grens van het kadastrale perceel Voorschoten nr. A 5066) is gesitueerd. De in oost-west richting aangelegde berceau verleende de wandelaar waarschijnlijk oorspronkelijk in oostelijke richting een gezicht op een tuinbeeld bij de vijver, waarvan tegenwoordig alleen het hardstenen postament in Lodewijk XIV-stijl bewaard is gebleven. Uit de tijd van de formele aanleg dateert eveneens de ten dele door oranjerie en muurwerk omsloten rechtzijdige kavel in het noorden van het park, waarop de boomgaard en de moestuin was gesitueerd. Eveneens uit deze tijd dateert de retranchementen-muur en door de langs de sloot langs het Nicolaespad in het noordoosten van het park gesitueerde beukenhaag begrensde rechtzijdige ruimte, waarop een boomgaard was gelegen. Zowel het genoemde muurwerk en de oranjerie als beide rechtzijdige percelen zijn waarschijnlijk door Pieter de la Court van der Voort gerealiseerd, die de buitenplaats waarschijnlijk van 1688 tot in 1716 bewoonde. De boomgaard bij de oranjerie is in ca. 1963 gerooid (hier en op de plaats van de voormalige moestuin een op 17e-eeuwse tuinparterres geinspireerd stervormig rosarium uit 1969). De boomgaard bij de retranchementen-muur is voor het grootste deel eveneens verdwenen; van de boomgaard staan nog enkele fruitbomen. Voor 1835, wellicht nog in de 18e eeuw, werd op Berbice de genoemde aanleg in landschapsstijl gerealiseerd; op het Kadastraal Minuutplan Gemeente Voorschoten sectie A uit 1835 staat de vijverpartij in landschapsstijl aangegeven, echter zonder eilandje. Het eilandje ontstond in ca. 1900, toen de buitenplaats in het bezit was van de familie Van Kempen, door het doortrekken van de meest zuidwestelijke slinger van de vijver. Het grillige verloop van de oeverlijn doet vermoeden, dat het een relatief vroege aanleg in landschapsstijl betreft, die wellicht nog uit de 18e eeuw dateert. Tegelijkertijd met het uitgraven van de vijver is het bodemprofiel van het terrein rondom glooiend gemaakt. Uit de tijd van de aanleg in landschapsstijl dateert een aantal beuken, eiken en kastanjes in het park.
Tags: losse objecten, ed.,historische aanleg,tuin, park en plantsoen,...
Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - Licentie CC-0 (1.0)
In de buurt
- Houten brug Berbice Leidseweg 221, Voorschoten
- Tuinaanleg Berbice Leidseweg 221, Voorschoten
- Huis Berbice Leidseweg 221, Voorschoten
- Hardstenen Lodewijk XVI postament Berbice Leidseweg 221, Voorschoten
- Toegangsbrug waarop ijzeren hek met balustrade Leidseweg 223, Voorschoten
-
format_list_bulleted
Alle monumenten in
Voorschoten (Zuid Holland)